Printervriendelijke versie van deze pagina Cdc-pdf
- Methods for GRADE: HPV-vaccin voor mannen
- Tabellen voor GRADE: HPV-vaccin voor mannen
- Tabel 1. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Voordelen*
- Tabel 2. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Evidence Type of Benefits
- Tabel 3. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Summary Harms from Prelicensure RCTs in Males and Females
- Tabel 4. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Harms from Postlicensure Vaccine Safety Datalink Observational Study in Females
- Tabel 5. Quadrivalent HPV Vaccine for Males: Harms from Postlicensure Manufacturer Observational Study in Females
- Tabel 6. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Evidence Type of Harms
- Tabel 7. Samenvatting van het type bewijs voor voordelen en nadelen: Quadrivalent HPV Vaccine for Males
- Tabel 8. Overwegingen bij het formuleren van aanbevelingen: Quadrivalent HPV Vaccine for Males
Methods for GRADE: HPV-vaccin voor mannen
Evidence of benefits, harms, values and preferences, and cost-effectiveness were reviewed in accordance with GRADE methods (Ahmed F, et al). De primaire beleidsvraag was “Moet HPV4 worden aanbevolen voor routinematig gebruik bij jongens van 11-12 jaar”. Tot de voordelen behoorden de preventie van genitale wratten, anale intra-epitheliale neoplasie (AIN) en anale kanker. Tot de schadelijke effecten behoorden ernstige ongewenste voorvallen, veneuze trombo-embolie, syncope en anafylaxie. Gegevens over werkzaamheid waren afkomstig van een gerandomiseerde klinische studie van HPV4 bij mannen; gegevens over bijwerkingen waren afkomstig van gerandomiseerde klinische studies van HPV4 bij mannen en vrouwen, en post-licensure studies van HPV4 bij vrouwen. Het type bewijs voor elke studie omvatte een beoordeling van de onderzoeksopzet, het risico op vertekening, inconsistentie, indirectheid, imprecisie en andere overwegingen.
Aanbeveling Categorie A: Aanbeveling die geldt voor alle personen in een leeftijds- of risicogroep. Aanbevelingscategorie B: Aanbeveling voor individuele klinische besluitvorming. Bewijsmateriaal Type 1: Gerandomiseerde gecontroleerde trials, of overweldigend bewijs uit observationele studies. Bewijsmateriaal Type 2: Gerandomiseerde gecontroleerde trials met belangrijke beperkingen, of uitzonderlijk sterk bewijsmateriaal uit observationele studies. Bewijsmateriaal Type 3: observationele studies. Bewijstype 4: Klinische ervaring en observaties, observationele studies, of gerandomiseerde gecontroleerde studies met opmerkelijke beperkingen. Bron: Ahmed F, Temte JL, Campos-Outcalt D, Schünemann HJ; voor de ACIP Evidence Based Recommendations Work Group (EBRWG). Methodes voor het ontwikkelen van evidence-based aanbevelingen door de Advisory Committee on Immunization Practices (ACIP) van de U.S. Centers for Disease Control and Prevention (CDC). Vaccine 29(49):9171-6, 2011.
Tabellen voor GRADE: HPV-vaccin voor mannen
Tabel 1. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Voordelen*
Baten HPV 6-, 11-, 16-, 18-gerelateerd | Nr. proefpersonen (# studies) | Incidentie bij controles | Incidentie bij gevaccineerden | Vaccineffectiviteit (95% CI) | Risicoverschil per 1000 (95% CI) | Aantal nodig om te vaccineren | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Populatie: Mannelijk | |||||||||||||
Genitale wratten | 2798 (1 RCT) |
1,99% | 0.22% | 89,3% (65,3, 97,9) |
-18 (-13, -20) |
56 | Populatie: MSMb | ||||||
Genitale wrattensc | 402 (1 RCT) |
4,33% | 0,51% | 88,1 (13.9, 99.7) | -38 (-6, -43) |
26 | |||||||
AIN 1/2/3 | 402 (1 RCT) |
11.5% | 2.6% | 77.5% (39.6, 93.3) |
-89 (-46, -107) |
11 | |||||||
AIN 2/3 | 402 (1 RCT) |
6,3% | 1,5% | 74,9% (8,8, 95.5) |
-48 (-6, -59) |
21 |
AIN=anale intra-epitheliale neoplasie; MSM=mannen die seks hebben met mannen; CI=confidence interval; RCT=randomized controlled trial
Tabel 1 Voetnoten
aFollow-up 2,3 jaar
bFollow-up 2.6 jaar
cPersoonlijke mededeling, Carlos Sattler MD, augustus 2011
dVaak gerapporteerd als number needed to treat of NNT
*Van degenen die alle 3 de vaccindoses ontvingen en seronegatief waren op dag 1 en DNA-negatief dag 1 tot en met maand 7 voor het desbetreffende HPV-type (per protocolpopulatie)
Referentie: uit bijsluiter. Vaccin werkzaamheid, risicoverschil, en aantal nodig om te vaccineren berekend met GRADEpro software
Top van pagina
Tabel 2. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Evidence Type of Benefits
Outcome | Design (# studies) |
Risk of Bias | Inconsistentie | indirectheid | precisie | overige overwegingen | bewijstype |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Populatie: Mannetjes | |||||||
Genitale wratten | RCT (1) | Niet ernstig | Niet ernstig | Niet ernstig | Niet ernstig | 1 | |
Populatie: MSM | |||||||
Genitale wratten | RCT (1) | Niet ernstig | Niet ernstig | Geen ernstige | Geen ernstige | Geen | 1 |
AIN 1/2/3 | RCT (1) | Niet ernstig | Niet ernstig | Niet ernstigb | Niet ernstig | Neen | 1 |
AIN2/3 | RCT (1) | Niet ernstig | Niet ernstig | Ja,b | Niet ernstig | Nee | 2 |
MSM=mannen die seks hebben met mannen; AIN=anale intra-epitheliale neoplasie; CI=betrouwbaarheidsinterval; AIN=anale intra-epitheliale neoplasie; RCT=randomized controlled trial
Tabel 2 Voetnoten
a AIN2/3 beschouwd als anale precancere laesie (surrogaat voor anale kanker) met één niveau verlaagd wegens indirectheid
b Bewijs bij MSM beschikbaar uit klinische studie, geen reden om aan te nemen dat werkzaamheid van vaccin voor jongens van 11-12 jaar zou verschillen van die waargenomen bij MSM, niet verlaagd wegens indirectheid
Referentie: Bijsluiter Gardasil (quadrivalent humaan papillomavirus type 6, 11, 16 en 18 HPV)
Top van pagina
Tabel 3. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Summary Harms from Prelicensure RCTs in Males and Females
Outcome | No. proefpersonen (# studies) |
Incidentie bij gevaccineerden % |
Incidentie bij controles % |
Samenvattende risico ratio (95% CI) |
---|---|---|---|---|
Malesa | ||||
SAE | 4723 (2 RCT’s) | 0.4% | 0.5% | 0.88 (0.38, 2.06) |
Syncope | 4723 (2 RCT’s) | 0.04% | 0.1% | 0.50 (0.05, 5.52) |
VTE | 4723 (2 RCT’s) | 0 | 0 | NE |
Anafylaxie | 4722 (2 RCT’s) | 0 | 0 | NE |
Vrouwenb | ||||
SAE | 18,893 (4 RCT’s) | 1.1% | 1,1% | 0,97 (0,74, 1,27) |
Syncope | 18,893 (4 RCT’s) | 0,2% | 0.2% | 0,84 (0,45, 1,55) |
VTE | 18.893 (4 RCTs) | 0,03% | 0,02% | 1,33 (0.30, 5,96) |
Anafylaxie | 18.893 (4 RCT’s) | 0 | 0,01 | 0,33 (0,01, 8.20) |
NE= niet te schatten; VTE=veneuze trombo-embolie; RCT=randomized controlled trial; CI=confidence interval; SAE=serious adverse events: FDA-definitie inclusief overlijden, ziekenhuisopname, levensbedreigende gebeurtenis, invaliditeit, aangeboren afwijking of geboorteafwijking die interventie vereist, of andere ernstige gebeurtenisExtern; VTE = diep-veneuze trombo-embolie, embolie, tromboflebitis, of tromboflebitis, oppervlakkig
Tabel 3 Voetnoten
aVan Merck-protocollen 018 (follow-up 2.5 jaar), 020 (follow-up 3 jaar)
bVan Merck-protocollen 007 (follow-up 3 jaar), 013 (follow-up 3,7 jaar), 015 (follow-up 3,7 jaar), 018 (follow-up 2,5 jaar)
Samenvattende risicoverhouding berekend met RevMan-software, vaste effecten
Top van pagina
Tabel 4. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Harms from Postlicensure Vaccine Safety Datalink Observational Study in Females
Outcome, leeftijdsgroep (yrs) |
No. toegediende doses | Incidentie in gevaccineerde groep (per 10.000 vaccinaties)a |
Incidentie in vergelijkingsgroep (per 10,000 vaccinaties) |
Relatief risico (95% CI)c | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Syncopeb | |||||||||
9-18 | 351,630 | 17.35 | 21.72 | 0.86 (0.72, 1.02) | |||||
19-26 | 150,544 | 11.29 | 19.31 | 0.54 (0,42, 0,75) | |||||
VTEb | |||||||||
9-18 | 292,302 | 0,274 | 0,137 | 1.98d (0.86, 3.94) | |||||
19-26 | 176,194 | 0.624 | 0.851 | 0.73 (0.37, 1.31) | Anafylaxie | ||||
9-26 | 600,558 | 0,017 | 0,015 | 0,015 | 0,015.015 | N/A |
VTE=veneuze trombo-embolie; CI=betrouwbaarheidsinterval; N/A=niet beschikbaar
Tabel 4 Voetnoten
a Voor syncope werden waargenomen percentages gepresenteerd en was het risicovenster dag 0. Voor VTE werden de percentages aangepast volgens plaats en leeftijd. Risicovenster omvatte dag 1-42
b Vergelijkingsgroep voor syncope was gelijktijdig gevaccineerde groep; voor VTE was historische vergelijkingsgroep
c Relatief risico aangepast naar plaats en leeftijd; gesimuleerde betrouwbaarheidsintervallen op het moment dat de bovengrens werd bereikt
d Bevestigde gevallen van VTE onder 9-17-jarigen hadden allemaal risicofactoren voor VTE (roken, obesitas, gebruik orale anticonceptiepil, hypercoaguleerbare aandoeningen)
e Vergelijkingsgroep uit Bolkhe et al. Risico op anafylaxie na vaccinatie van kinderen en adolescenten. Pediatrics 2003.
Referentie: uit Gee J, et al. Monitoring the safety of quadrivalent human papillomavirus vaccine: findings from the Vaccine Safety Datalink.External Vaccine. 2011
Top van pagina
Tabel 5. Quadrivalent HPV Vaccine for Males: Harms from Postlicensure Manufacturer Observational Study in Females
Outcome | No. van personen | Incidentie in gevaccineerde groep (per 1.000 persoonsjaren) |
Incidentie in vergelijkingsgroep (per 1,000 persoonsjaren) |
Relatief risico (95% CI)a |
---|---|---|---|---|
Syncope | 189.629 | 24.21 | 4.04 | 6.00 (3.91,9.21)b |
VTE | 189,629 | 6.32 | 4.97 | 1,27 (0,57,2,86) |
Allergische reactie of Anafylactische Shock | 189,629 | 0.16 | 0,21 | 0,75 (0,32,1,78)c |
VTE=veneuze trombo-embolie; CI=betrouwbaarheidsinterval
VTE omvat de volgende ICD-9-codes: 452 Portaalveneuze trombose, 453.0 Budd-Chiari syndroom, 453.1 Tromboflebitis migrans, 453.2 Embolisme & trombose van inferieure vena cava, 453.3 Embolisme & trombose van nierader, 453.4-453.9 Acute en chronische veneuze embolie & trombose van diepe of oppervlakkige vaten of aderen op diverse plaatsen of niet nader gespecificeerde plaats, V12.51 Persoonlijke voorgeschiedenis van veneuze trombose & embolie.
Uitkomst wordt gedefinieerd als aanwezigheid van diagnosecode op spoedeisende hulp of in ziekenhuisomgeving in vaccinatierisicoperiode (dag van vaccinatie voor syncope & allergische reactie/anafylactische shock, & 1-60 dagen na vaccinatie voor VTE) of in post-vaccinatie zelfvergelijkingsperiode (d.w.z., “controle” periode. Deze codes kunnen staan voor een nieuwe gebeurtenis, een reeds bestaande aandoening, een voorgeschiedenis van de aandoening, een “rule out”-diagnose, verkeerde codering of een foute diagnose. Een diagnosecode veronderstelt ook niet dat de diagnose bevestigd is. Deze codes werden niet gevalideerd aan de hand van medische dossiers.
Tabel 5 Voetnoten
aRelatief risico wordt benaderd door odds ratio, verkregen uit conditionele logistische regressie;
bVoor syncope suggereert de relatieve risicoverhoging met ondergrens CI groter dan 1 dat syncope-diagnosecodes vaker voorkomen op de dag van vaccinatie dan in de zelfvergelijkingsperiode;
cVoor allergische reactie/anafylactische shock, externe veiligheidsbeoordelingscommissie bekeek medische dossiers van vrouwen met dag 0 diagnosecodes & vond geen associatie tussen diagnose & vaccinatie met quadrivalent HPV-vaccin.
Referentie: ACIP C. Velicer
Top of Page
Tabel 6. Quadrivalent HPV-vaccin voor mannen: Evidence Type of Harms
Outcome | Design (# studies, Geslacht) |
Risico op vertekening | Inconsistentie | Indirectheid | Imprecisie | Overige overwegingen | Bewijstype |
---|---|---|---|---|---|---|---|
SAE | RCT (2,M; 4,F) | Niet ernstig | Niet ernstig | Niet ernstiga | Jab | Neen | 2 |
VTE | RCT (2,M; 4,F) | Niet ernstig | Niet ernstig | Niet ernstiga | Jab | Neen | 2 |
O (2 F) | Ja | Niet ernstig | Yesc | Niet ernstig | Neen | 4 | |
Syncope | RCT (2,M; 4,F) | Niet ernstig | Niet ernstig | Niet ernstiga | Jab | Neen | 2 |
O (2 F) | Ja | Niet ernstig | Yesc | Niet ernstig | Neen | 4 | |
Anafylaxie | RCT (2,M; 4,F) | Niet ernstig | Niet ernstig | Niet ernstiga | Jab | Neen | 2 |
O (2 F) | Ja | geen ernstige | Yesc | geen ernstige | geen | 4 |
VTE=veneuze trombo-embolie; SAE=ernstige ongewenste voorvallen; RCT=gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek; O=waarnemingsstudie
Tabel 6 Voetnoten
aGegevens van vrouwen indirect, gegevens van mannen echter beschikbaar, niet gedegradeerd
bRCT’s met kleine steekproefgrootte, één niveau gedegradeerd wegens onnauwkeurigheid
cStudies uitgevoerd bij vrouwen, één niveau gedegradeerd wegens indirectheid
dMogelijke ongecontroleerde verwarring, één niveau gedegradeerd wegens risico op vertekening
Samenvatting voor schade: Geen bewijs voor verhoogd risico op anafylaxie, VTE, of SAE uit 5 RCT’s bij mannen en vrouwen (1 RCT bij zowel mannen als vrouwen), en 2 observationele studies bij vrouwen. Uit een van de 7 studies bleek dat personen die werden gevaccineerd met HPV4 meer kans hadden om flauw te vallen op de dag dat ze werden gevaccineerd dan in een andere periode waarin geen vaccin werd toegediend, waarschijnlijk een gevolg van injectiegerelateerde syncope.
Top of Page
Tabel 7. Samenvatting van het type bewijs voor voordelen en nadelen: Quadrivalent HPV Vaccine for Males
Comparison Group | Benefits and Harms | Outcome | Study design (# studies, geslacht) |
bevindingen | bewijstype | Algemeen bewijstypeb |
---|---|---|---|---|---|---|
HPV-vaccinatie versus geen HPV-vaccinatie |
Benefits | Genitale wratten | RCT (1,M) | Verlaagd risico bij gevaccineerden | 1 | 2 |
AIN1/2/3 | RCT (1, M) | RCT (1,M) | Verlaagd risico bij gevaccineerden | 1 | 2 | |
AIN2/3 | RCT (1, M) | 2/3 | RCT (1,M) | Verlaagd risico bij gevaccineerden | 2 | 2 |
Harms | SAE | RCT (2,M; 4,F) | Geen verschil | 2 | 2 | |
Syncope | RCT (2,M; 4,F) | geen verschil | 2 | 2 | ||
Syncope | O (2,M; 4,F) | |||||
Syncope | O (2,M; 4,F), F) | Verhoogd risico bij gevaccineerdena | 4 | 2 | ||
VTE | RCT (2,M; 4,F) | Geen verschil | 2 | 2 | ||
VTE | O (2, F) | Geen verschil | 4 | 2 | ||
Anafylaxie | RCT (2,M; 4,F) | geen verschil | 2 | 2 | ||
Anafylaxie | O (2, F) | geen verschil | 4 | 2 |
RCT=randomized controlled trial; O=waarnemingsstudie; F=vrouwelijk; M=mannelijk; VTE=veneuze trombo-embolie; SAE=ernstige ongewenste voorvallen
Tabel 7 Voetnoten
a Uit één observationele studie bleek dat personen die gevaccineerd waren met HPV4 meer kans hadden om flauw te vallen op de dag dat ze gevaccineerd waren dan in een andere periode waarin geen vaccin was toegediend
b Algemeen bewijstype 2 gebaseerd op bewijs uit de sterkste studieopzet voor kritische schade en voordelen
Top van pagina
Tabel 8. Overwegingen bij het formuleren van aanbevelingen: Quadrivalent HPV Vaccine for Males
Key factors | |
---|---|
Balans tussen voordelen en nadelen | Benefits are greater than potential harms |
Evidence type voor baten en schade | Bewijsvoering type 2 Baten Bewijsvoering type 2 Schade RCT Bewijsvoering type 4 Schade O |
Waarde | Hoge waarde toegekend door ACIP HPV Werkgroep op preventie van kanker bij mannen |
Kost-effectiviteit | HPV4 is het meest kosteneffectief als alle HPV-geassocieerde uitkomsten worden voorkomen, kosten vaccin lager dan huidige prijs, vrouwelijke dekking laag (zoals 30% 3-dosis dekking op leeftijd 12 jaar) |
RCT=randomized controlled trial; O=waarnemingsstudie
Tabel 8 Voetnoten
Samenvatting voor voordelen en nadelen: De voordelen zijn groter dan de potentiële nadelen en het algehele bewijstype is 2. Er wordt veel waarde gehecht aan de preventie van kanker bij mannen. Quadrivalent HPV-vaccin is het meest kosteneffectief als alle HPV-geassocieerde uitkomsten worden voorkomen, de kosten van het vaccin lager zijn dan de huidige prijs, of de vaccinatiegraad bij vrouwen laag is. Aanbeveling voor routinematige vaccinatie van mannen van 11 of 12 jaar met HPV4 toegediend als een serie van 3 doses (aanbevelingscategorie A; bewijs type 2)
- C Velicer. ACIP Presentatie. Post-licensure Safety Study of Quadrivalent Human Papillomavirus Vaccine among 189,629 Females Presented at October 2011 ACIP Meeting.
- Ahmed F, Temte JL, Campos-Outcalt D, Schünemann HJ, voor de ACIP Evidence Based Recommendations Work Group (EBRWG). Methods for developing evidence-based recommendations by the ACIP of the CDCExternal. Vaccine 2011;29(49):9171-76.
- Bohlke K, Davis RL, DeStefano F, Marcy SM, Braun MM, Thompson RS; Vaccine Safety Datalink Team. Epidemiology of anaphylaxis among children and adolescents enrolled in a health maintenance organizationExternal. J Allergy Clin Immunol 2004;113:536-42.
- Chesson HW, Ekwueme DU, Saraiya M, Dunne EF, Markowitz LE. The cost-effectiveness of male HPV vaccination in the United StatesExternal. Vaccine 2011;29:8443-50.
- Food and Drug Administration, Product approval information – licensing action, package insert: GardasilExternal (quadrivalent humaan papillomavirus type 6, 11, 16 en 18 HPV), Merck & Co. Whitehouse Station, NJ: Food and Drug Administration; 2009.
- Gee J, Naleway A, Shui I,et al. Monitoring the safety of quadrivalent human papillomavirus vaccine: findings from the Vaccine Safety DatalinkExternal. Vaccine 2011;29:8279-84.
- Giuliano AR, Palefsky JM, Goldstone S, et al. Efficacy of quadrivalent HPV vaccine against HPV infection and disease in malesExternal. N Engl J Med 2011;364:401-11.
- Palefsky JM, Giuliano AR, Goldstone S, et al. HPV-vaccin tegen anale HPV-infectie en anale intra-epitheliale neoplasieExtern. N Engl J Med 2011;365:1576-85.
Top of Page