“Zie, de maagd zal zwanger worden en een zoon baren, en zij zullen zijn naam Immanuel noemen” (dat betekent: God met ons).” – Matteüs 1:23
Met – wat een prachtig woord wanneer het wordt toegepast op gezonde, verzorgende relaties. Tijd doorbrengen met een geliefde, een dierbare vriend, een dierbaar familielid, is tijd die goed wordt besteed. Maar we verlangen niet naar tijd met iemand als de relatie verbroken is. God keek naar de verbroken relatie van de mens met Hem en, zoals Johannes 3:16 zegt, Hij had de wereld zo lief dat Hij zijn zoon zond. De komst van Jezus vervulde de profetie van Jesaja 7:14 dat Jezus Immanuël zou worden genoemd – God met ons. Hij kwam als een baby, groeide op, wandelde onder de mensen, ervoer verzoeking, onderwees en genas en had lief, en werd deel van de menselijke geschiedenis. En toen zond God zijn dierbare Zoon om voor onze zonden te sterven, zodat wij voor altijd bij Hem konden zijn. Wij waren de verloren zonen die ver weg stonden, maar dankzij Jezus kunnen wij nu naar de omhelzing van de vader rennen en genieten van een juiste relatie met Hem. Niet langer vervreemd van, maar met.
Wanneer wij besluiten op Jezus te vertrouwen als Heer en Heiland, kunnen wij Hem blijven ervaren als Immanuël, God met ons. Toen Jezus de aarde verliet, vroeg Hij de Vader om de Trooster, de Heilige Geest, te zenden “om voor altijd bij u te zijn” (Johannes 14:16). In Johannes 14:17-27 leert Jezus verder dat de heilige Geest “bij u woont en in u zal zijn” en u zal herinneren aan alles wat ik u gezegd heb”. We kunnen nergens zijn – lichamelijk, emotioneel, geestelijk – waar we onbereikbaar zijn voor Jezus door Zijn Geest. Dat betekent dat we met David kunnen zeggen (Psalm 139:7-10):
“Waar zal ik heen gaan zonder uw Geest?
Of waar zal ik heen vluchten zonder uw aanwezigheid?
Als ik ten hemel stijg, zijt Gij daar!
Als ik mijn bed opmaak in Sheol, zijt Gij daar!
Als ik de vleugels van de morgen neem
en in het uiterste van de zee verblijf,
daar zal uw hand mij leiden,
en uw rechterhand zal mij vasthouden.”
Jezus is met ons op onze beste dagen, onze slechtste dagen, onze laatste dag hier, en al onze dagen in de eeuwigheid. Want Hij zei:
“In het huis van mijn Vader zijn vele kamers. Indien het niet zo was, zou Ik u gezegd hebben, dat Ik heenga om u een plaats te bereiden? “(Johannes 14:2-3).
Met – wat een heerlijk woord. Jezus kwam om bij de mensheid te zijn en redding te bieden. Toen Hij de aarde verliet, vroeg Hij de Vader om de Geest te zenden om bij ons te zijn. Hij bereidt een plaats voor hen die in Hem geloven, zodat wij bij onze dood bij Hem kunnen zijn. Laten we ons troosten dat Gods kinderen nooit echt alleen zijn. Immanuel is gekomen. God is met ons.