Dokters zullen gemakkelijker kunnen zeggen of een patiënt de ziekte van Alzheimer of een andere vorm van dementie heeft met een nieuwe methode voor het gebruik van MRI-scans, verklaarden onderzoekers van de Perelman School of Medicine en het Frontotemporal Degeneration Center aan de Universiteit van Pennsylvania in het tijdschrift Neurology.
De wetenschappers zeggen dat ze de ziekte van Alzheimer en frontotemporale lobaire degeneratie vrij nauwkeurig kunnen identificeren zonder invasieve tests te hoeven uitvoeren, zoals een lumbaalpunctie, waarbij een naald in de ruggengraat wordt gestoken. Op dit moment is het voor artsen een hele opgave om de diagnose dementie te stellen, wat vaak leidt tot een vertraagde behandeling. Invasieve tests kunnen helpen, maar patiënten vinden ze onaangenaam.
Hoewel hun onderliggende ziekteprocessen heel verschillend zijn, kunnen FTLD (frontotemporale lobaire degeneratie) en de ziekte van Alzheimer vaak dezelfde symptomen hebben, waardoor het voor deskundigen moeilijk is om een nauwkeurige diagnose te stellen.
Patiënten met Alzheimer of FTLD ervaren beide verwarring en vergeetachtigheid – hun ziekten / aandoeningen kunnen hun emoties, gedrag en persoonlijkheden beïnvloeden.
Onderzoekers van de Duke University ontdekten onlangs dat door de resultaten van drie tests te combineren, artsen de ziekte van Alzheimer nauwkeuriger konden diagnosticeren. De tests omvatten MRI, fluor 18 fluorodeoxyglucose positron emissie tomografie (FDG-PET), en analyse van cerebrospinale vloeistof (lumbaalpunctie).
Finse onderzoekers ontwikkelden een softwaretool die de gemiddelde tijd om tot een diagnose van Alzheimer te komen zou kunnen terugbrengen van 20 maanden tot 10 maanden.
Studie auteur Corey McMillan, PhD, zei:
“Diagnose kan een uitdaging zijn. Als de klinische symptomen en routine hersen MR gelijk zijn, kan een dure positron emissie tomografie (PET) scan nodig zijn. Of een lumbaalpunctie, waarbij een naald in de wervelkolom wordt ingebracht, zou nodig zijn om de diagnose te helpen stellen.
Analyse van het hersenvocht geeft ons betrouwbare diagnostische informatie, maar dit is niet iets waar patiënten naar uitkijken en is ook duur. Het gebruik van deze nieuwe MRI-methode is minder duur en zeker minder invasief.”
McMillan en team voerden een studie uit met 185 deelnemers. Zij waren allen gediagnosticeerd met een neurodegeneratieve ziekte die wees op ofwel FTLD ofwel Alzheimer. Zij ondergingen een hoge resolutie MRI scan en een lumbaal punktie. Bij 32 van de deelnemers werd de diagnose bevestigd, hetzij door autopsie, hetzij door vast te stellen dat zij een genetische mutatie hadden die verband hield met hetzij FTLD, hetzij Alzheimer.
Het team wilde bepalen of zij de lumbaalpunctie helemaal achterwege konden laten en de eiwitniveaus in de hersenen konden voorspellen door alleen MRI-hersenscans te gebruiken.
De MRI-scans werden gebruikt om de verhouding van twee biomarkers van FTLD of Alzheimer – de eiwitten tau en beta-amyloïde – in de lumbaalpuncties (cerebrospinaal vocht) te voorspellen.