Rijzende ster
Terwijl ze nog op Juilliard zat, toonde Price haar sopraan (hoogste operastem) bekwaamheid op verschillende concerten en in haar optreden als Mistress Ford in Giuseppe Verdi’s (1813-1901) Falstaff. Virgil Thomson merkte haar optreden op en bezorgde haar haar Broadway podiumdebuut in de Broadway revival van zijn Four Saints in Three Acts. Haar talent leverde haar de rol van Bess op in George Gershwin’s (1898-1937) Porgy and Bess in een tourneegezelschap dat grote successen oogstte in Londen, Engeland; Parijs, Frankrijk; Berlijn, Duitsland; en Moskou, Rusland. Ze speelde ook Bess toen het gezelschap Porgy and Bess op Broadway uitvoerde. Tijdens de tournee trouwde ze met William Warfield, die de rol van Porgy zong. Andere componisten namen kennis van Price’s capaciteiten en in 1953 zong ze premières van werken van o.a. Henri Sauget, Lou Harrison, John La Montaine, en Igor Stravinsky (188-1971).
Price kreeg overweldigende kritieken voor haar Town Hall concert in New York City in 1954 en volgde dat met haar eerste optreden in grand opera (een opera waar de hele tekst gezongen wordt), in 1955, als Floria in Giacomo Puccini’s (1858-1924) Tosca op netwerk televisie met de National Broadcasting Company (NBC) Opera. Haar eerste optreden op het operatoneel maakte ze in 1957 als Madame Lidoine in Francis Poulenc’s Dialogues of the Carmelites met de San Francisco Opera Company. Price toerde ook door Italië
Geproduceerd met toestemming van
.
met succes dat jaar en zong Aida in La Scala in Milaan. Ze bleef zingen bij de San Francisco Opera, en ook bij de Lyric Opera of Chicago en andere grote operahuizen in Noord-Amerika.
In 1960 vertolkte Price Donna Anna in Don Giovanni op het Salzburg Festival in Oostenrijk. Op 27 januari 1961 maakte zij haar debuut in de beroemde Metropolitan Opera van New York als Leonora in Il Trovatore, wat haar een daverend applaus opleverde en de operacritici deed besluiten haar als een van de groten van de twintigste eeuw te beschouwen. Ze zong ook de titelrol bij de Metropolitan Opera in Madame Butterfly en de rol van Minnie in La Franciulla del West (Het meisje van het Gouden Westen). Price trad op in 118 Metropolitan producties tussen 1961 en 1969. In 1965 werd haar de Presidential Medal of Freedom toegekend door President Lyndon Johnson (1908-1973), die zei: “Haar zang heeft licht gebracht in haar land.”
Een van Price’s grootste triomfen was haar creatie van de rol van Cleopatra in Samuel Barber’s Antony and Cleopatra. De première ervan opende het seizoen 1966 van de Metropolitan Opera en ook het prachtige nieuwe Metropolitan Opera House in Lincoln Center. Haar beste en favoriete optredens waren als Verdi heldinnen Elvira in Ernani, Leonora in Il Trovatore, Amelia in The Masked Ball, en vooral als Aida.