ST. HELENA – Feest: 18 augustus
St. Helena was de moeder van Constantijn de Grote, en zij werd rond 248 na Christus geboren in Drepanum, dat in het huidige Turkije ligt.
Zij trouwde met Constantius Chorus, die later mederegent van het westelijke deel van het Romeinse Rijk zou worden, maar daarvoor moest hij van Helena scheiden en trouwen met Theodora, de stiefdochter van keizer Maximinianus, maar haar zoon bleef haar trouw, en na de dood van Constantius Chlorus volgde Constantijn hem op en ontbood zijn moeder aan het keizerlijk hof en gaf haar de titel van Augusta. Hij beval haar als moeder van de vorst alle eer te bewijzen en liet munten slaan met haar beeltenis.
Na de overwinning van haar zoon op Maxentius omarmde zij het christendom en volgens Eusebius werd zij “een vroom dienares van God” en droeg haar invloed bij tot de verspreiding van het christendom in het gehele rijk. Zij liet kerken bouwen op de heilige plaatsen in Palestina, en op hoge leeftijd ondernam zij een reis naar Palestina in het jaar 324 na Christus, toen haar zoon de enige keizer van het Romeinse Rijk was geworden. Tijdens deze reis liet zij twee speciale kerken bouwen, één in Bethlehem, bij de Geboortegrot, en de andere op de Hemelvaartsberg. Zij was zeer begaan met de armen en verleende financiële hulp aan zowel individuele personen als aan hele gemeenschappen. Het was in deze tijd dat een legende, voor het eerst opgetekend door Rufinus, de ronde begon te doen over hoe zij het ware kruis had “gevonden”.
Er zijn verschillende versies over hoe het kruis is gevonden. In sommige versies heeft Helena een droom die haar vertelt waar het kruis begraven is. In een andere traditie, de Ethiopische Koptische traditie die nog steeds als Mesquel wordt gevierd, volgt ze de rook van een vreugdevuur naar de plek.
Hoewel, in de versie die de meeste circulatie kreeg en populair werd in de Middeleeuwen, vraagt ze het volk van Jeruzalem om haar de locatie te vertellen. Wanneer de Joodse leiders van de stad zwijgen, plaatst zij een van hen, een man genaamd Judas, in een put totdat hij ermee instemt haar de plaats te wijzen. Na zeven dagen bidt hij tot God om leiding en onthult hij de locatie. Judas bekeert zich tot het christendom en neemt de naam Kyriakis aan, “hij die de Heer toebehoort.”
Helena vindt drie kruisen, spijkers en de titel onder een heidense tempel. Om te bepalen welk kruis het juiste is, wordt een doodziek meisje naar de plek gebracht. Zij wordt door alle drie de kruizen aangeraakt, maar wanneer zij door het ware kruis wordt aangeraakt, wordt zij weer gezond.
Helena woonde in een weelderig huis bij de Lateranen, en na haar dood werd haar woning afgebroken en werd op die plaats de Kerk van het Heilige Kruis gebouwd. In 325 na Chr. kreeg zij de titel Augusta, en in 327 na Chr. veranderde Constantijn de naam van de geboortestad van zijn moeder in Helanopolis. Zij was ongeveer tweeëntachtig jaar toen zij in 330 stierf, met haar zoon aan haar zijde, en haar lichaam werd naar Constantinopel gebracht en te rusten gelegd in het keizerlijke gewelf van de Kerk van de Apostelen. Ze werd begraven in het Mausoleum van Helena, buiten Rome aan de Via Labicana. Haar sarcofaag wordt tentoongesteld in het Pio-Clementine Vaticaans Museum. Naast haar ligt de sarcofaag van haar kleindochter de heilige Constantina (de heilige Konstanz). Haar schedel wordt tentoongesteld in de kathedraal van Trier, in Duitsland. Toen de moslims begonnen op te rukken, werd haar lichaam in 849 na Christus overgebracht naar de abdij van Hautvillers in Reims, Frankrijk.
St. Helena is de beschermheilige van moeilijke huwelijken, gescheiden mensen, bekeerlingen, en archeologen. Haar feestdag is 18 augustus.