Een kerstliedje dat ik deze advent neurie is “I Saw Three Ships Come Sailing In.” Ik ben er niet mee opgegroeid, maar ik vind het prachtig. De meest populaire hedendaagse tekst heeft het over “drie schepen varen binnen” in Bethlehem op kerstochtend. Bruce Cockburn zegt dat de vreemde teksten het resultaat zijn van Engelse mensen in de 18e eeuw die hallucineerden door het eten van teveel moederkoren in hun beschimmelde Engelse brood. Zeker is dat er geen schepen naar het door land omgeven Bethlehem zeilden.
I saw three ships come sailing in
On Christmas Day, on Christmas Day;
Saw three ships come sailing in
On Christmas Day in the morning.
Pray, wither sailed those ships all three,
On Christmas Day, on Christmas Day;
Wither sailed those ships all three,
O they sailed those ships all three,
On Christmas Day in the morning.
O they sailed into Bethlehem,
On Christmas Day, on Christmas Day;
They sailed into Bethlehem,
On Christmas Day in the morning.
Maar er is een veel oudere traditie rond dit lied die zinspeelt op een vroeg-christelijk verdrongen verhaal. De tekst werd voor het eerst verzameld en in verband gebracht met Cornwall en Glastonbury in Engeland, de zetel van oude Keltische en pre-Keltische inheemse gemeenschappen in West-Brittannië. Een pastoor in Glastonbury vertelde liedjesschrijver Rev. H.A. Lewis dat “Onze Heer zou hebben gelopen langs de Pelgrimsweg naar Winchester, wat zeer waarschijnlijk de oude tin handelsroute was.”
In Cornwall herinnert de volkswijsheid zich wanneer “Christus naar Cornwall kwam.” In het rijke land van de tinmijnen in Cornwall hebben ze een traditie onder de metaalwerkers (of “tinmannen”) “dat de heilige Jozef van Arimathea, de rijke man uit de Evangeliën, zijn geld verdiende in de tinhandel tussen Phoenicië en Cornwall. Wij hebben ook het verhaal dat hij verscheidene reizen naar Brittannië maakte in zijn eigen schepen, en dat hij bij een gelegenheid het kind Christus en zijn moeder als passagiers meenam, en hen aan land bracht; bij St Michael’s Mount in Cornwall”. Een oude vrouw uit de streek zei, toen zij in de 19e eeuw door songcatchers werd ondervraagd: “Jozef, was een tinnen man. Natuurlijk weten we dat Onze Verlosser preekte voor de mijnwerkers. Hij was erg gesteld op de mijnwerkers.”
Ik zag drie schepen binnenvaren
Op eerste kerstdag, op eerste kerstdag
Ik zag drie schepen binnenvaren
Op eerste kerstdag in de morgen
En wie denk je dat er toen in zat?
Op eerste kerstdag, op eerste kerstdag
En wie denk je dat er toen in zat
Niet Jozef en Onze Lieve Vrouw.
Hij floot en zij zong
Op eerste kerstdag, op eerste kerstdag
Hij floot en zij zong
Op eerste kerstdag in de morgen
Een andere mondelinge overlevering zegt dat toen de echte Romeinse onderdrukking in het Heilige Land viel, Jozef van Arimathea en de drie Maria’s (de moeder van Jezus, Magdalena en de zuster van Martha) naar Zuid-Frankrijk zeilden met de kelk waarin het bloed van Christus was opgevangen toen hij aan het kruis hing (de Heilige Graal) en van daaruit door Europa reisden om te evangeliseren. In deze traditie zijn de drie schepen in kwestie de drie Maria’s, met de rijkdommen van het evangelie in hun “ruimen.”
De laatste verzen zijn pure viering:
En alle klokken op aarde luidden
Op eerste kerstdag, op eerste kerstdag
En alle klokken op aarde luidden
Op eerste kerstdag in de morgen
En alle engelen in de hemel zongen
Op eerste kerstdag, op eerste kerstdag
En alle engelen in de hemel zongen
Op eerste kerstdag in de morgen
Deze kerst hoop ik dat die “drie schepen” naar het licht van mijn adventskaarsen zullen varen. En dat ik klaar ben om de schatten die ze dragen in ontvangst te nemen.
Rose Marie Berger is redactrice bij Sojourners magazine.